Alle boeken van Ann Driessen

Alle boeken van Ann Driessen

woensdag 29 juli 2020

BESSEGGEN: MIJN MOOISTE...


Verwonderd, verbaasd, overweldigd en zelfs betoverd was ik, tijdens mijn 16 km wandeling naar-over-rond de bergkam Besseggen in Noorwegen. Ik heb onderweg gestapt, geploeterd en geklommen. Ook gezucht en gekreund, want er lag, uitzonderlijk voor half juni, veel sneeuw. Maar dit wandelavontuur in 2015 had ik voor geen geld willen missen. Het niveau van de Besseggen-bergrugwandeling heet ‘gemiddeld’, met 980 m hoogteverschil, en goed voor zes tot acht uur wandelen, We klokten af, - door het lange en vele geploeter in de sneeuw en talrijke oh’s- en fotostops, - op tien uur!


Dat deze wandeling bijna tien uur in beslag zou nemen, had ik ’s morgens nooit vermoed. Rond een uur of negen namen mijn man en ik de boot in Gjendesheim voor een vaart over het Gjendemeer van geen half uur naar Memurubu. Van daaruit was er één weg terug naar de start: naar omhoog, over de bergen en weer naar beneden. De Besseggen-wandeling stond op ons wandelverlanglijst, omdat het een van de bekendste en/of mooiste wandelingen van Noorwegen zou zijn: een must voor elke Noor, eens in zijn leven. De winterse zomer maakte het wel extra wat schoeisel, kledij en proviand betreft.

AVONTUUR
Het werd een uniek avontuur met alle superlatieven. Adembenemend, indrukwekkend, avontuurlijk en onvergetelijk. Daar voelde ik me echt piepklein, overweldigd, nederig, soms ook bezorgd, nieuwsgierig, licht gestresseerd en op een bepaalde plek ook echt bang.De veel te late en lange winter – met sneeuwvlaktes, dreigend onweer en onzichtbare en twijfelachtige stukken paden - speelde zeker een hoofd rol. Wat rechts, in de diepte, en links, op onze hoogte, appelblauwgroene meren moesten zijn, waren die grauwgrijs en ijswit. Waar het heldergroen moest zijn, was het sneeuwwit. Waar de hemel blauw moest zijn, passeerden onheilspellende wolken. Waar het uitzicht immens ver moest zijn, belemmerde lage wolkenslierten het zicht. Het was soms zoeken naar de bedolven rode T’s op bordjes of rotsen van ons traject. Waar een pad in een grasvlakte hoorde, was er een voetspoor in een dikke laag sneeuw. Dat volgden we molenwiekend om het evenwicht te bewaren. Constant waren lichte of donkere wolken, regen en sneeuw wisselende en kortstondige compagnons. ‘In geen honderd jaar zo’n slecht weer’, bevestigde een plaatselijke klimmer. Dat wilde wat zeggen. Gelukkig is slecht weer zoals een slecht humeur: dat passeert – soms – snel. En met dank aan de onbekende snellere voor
stappers - beter geoefende bergwandelaars - wiens sneeuwsporen ons enigszins geruststelden en leidden.

ANGST
Op een bepaald moment, aan de bergkam - een echtpaar met hond moest noodgedwongen rechtsomkeer maken -, vermaande en vermande ik me met: ‘Ann, niet omkijken! Rustig blijven, niet praten. Langzaam klimmen, stap voor stap, eerst je handen zetten, dan je voeten. Kijk goed waar. Haast je niet… anders stort je naar beneden’. Ik was echt bang aan die steile kam. Panikeren was echter niet nodig, ook al had onze gsm geen bereik. Ons hotel was op de hoogte. Hulp bleek niet nodig, ook niet na de val van mijn man: enkel een schaafwonde, geen gebroken rib of bril.

TEST
Die tocht was een serieuze test en oefening in uithouding, volharding en in conditie. Gelukkig afgewisseld met zitten, kijken en ongelooflijk genieten van oogstrelende landschappen, immense vergezichten, ongerepte stukken natuur. De voldoening, het gevoel het onmogelijke te hebben volbracht, vervulde me dagenlang… en nu soms nog. Ik boog en buig, zoals steeds, het hoofd. Mijn respect voor de natuur is immens en eindeloos...


Ps. De nacht erna droomde ik dat ik tijdens een bergwandeling naar beneden stortte. Terwijl ik viel, schrok ik en schoot ik wakker… en prijsde me gelukkig dat ik in mijn bed lag. Een troost: ik hield van mijn echt avontuur nauwelijks spierpijn en geen pijnlijke over. Wonder boven wonder…


vrijdag 3 juli 2020

HET IS HEMELS AAN DE HELLESTRAAT IN ASTENE

‘Een perfecte dag’, zou de titel van mijn volgend boek kunnen zijn. Die omschrijving paste helemaal op onze vaardag op de Leie, tussen Gent en Astene: blauwe lucht, witte wolkjes, stralende zon, aangenaam gezelschap, een hapje met een drankje, een terraslunch, een kunstwandeling met ijsje, een biertje op een terras en tussendoor gezapig rustig varen door sluizen, onder bruggen, tussen veelkleurig groen in kronkelend en kabbelend water, met eendjes en reigers als compagnons.



DUIKER 
Een dag om nooit meer te vergeten, al startte die in Portus Ganda met een hachelijk avontuur. De gsm van mijn man - met bankkaarten, identiteitskaart, rijbewijs en 50 euro - vloog, net voor het vertrek, door een goedbedoelde zwaaibeweging van mijn schoonbroer, met een natte plastiek ruit, het water in! Na een kwartier - informatie over een mogelijke ‘redding’ door de brandweer (te duur) en overleg met ons kwartet, wie en hoe in het water zou duiken - werd mijn schoonbroer, een stripper. Hij, die ons ruim in lengte klopt, dook moedig in zijn elegante streepjesshort. Hij verdween onder het troebele wateroppervlak en, o wonder, rees na amper tien seconden als een feniks uit het water: met de gezonken gsm in de hand! Applaus en bewondering waren tot ver buiten Gent te horen. Koffie en koek warmden de duiker op, na zijn zeer gewaardeerde heldendaad. Langzaam verliet de lichte posttraumatische stress zijn lijf, en de mijne. En de gsm? Die werkte krakkemikkig, maar nog, tot op heden (maar voor hoelang?).

SLUIS EN BRUG
Wat daarna volgde, was een ontspannende dag met wisselende luchten, welgekomen briesjes, een sluis hier en een brug daar, heerlijke weide-, oever-, gras- en boomzichten en chique villa’s zonder bewoners met geruisloze, kruipende grasrobots (zitten die in Knokke of Cannes?). 
Voor kleine/ grote dorst en honger waren er, in deze volgorde: een glas of twee champagne met hapjes, een vislunch in Afsnee en een romig lekijsje na een kerkhof- en kunstwandeling in Sint-Martens-Latem. Het slot? Een biertje op het terras van café ’t Oud Sashuis, Hellestraat 20, aan Astene-brug. Maak een wandeling in de buurt, ga er heen, drink een Schobiak (huisbier) en bestel een bruine boterham met paté. Het is een aanrader. Het pittige commentaar, de bulderende stem en de vriendelijkheid van bruggenwachter Wim krijg je gratis. Hij zegt kordaat en luid wat wel en niet mag, op je boot, aan de slagbomen of op zijn terras. Gehoorzamen moet je. 

DRAAIEN
Wim, zwarte baard, deugnietogen, in salopette en nonchalant, bedient aan het Sas van Astene de enige nog werkende handgedraaide brug in Vlaanderen en het café. Een sterrenplek voor fotografen en artiesten. Ik volg en film zijn ‘brugwerk’. Het open- en dichtdraaien is haast een automatisme, een ritueel: tussen mei en oktober - in een niet-coronajaar - doet Wim het ongeveer 1800 maal, gratis en met de glimlach. Op andere dagen op aanvraag. 
Hij vecht ook voor het behoud van deze historische plek, voor dit authentiek draaibruggetje en voor historische schepen. Hij heeft er zelf ook. 
’t Oud Sashuis is de bakermat van de vzw Historische Schepen. Het herbergt een stoffig-rommelig maar leerrijk minimuseum van voorwerpen en foto’s over de Leievaart. Vorig jaar zat Boris, een lawaaierige papegaai, aan de deur. Die hield alleen zijn mond als je hem verplaatste en wat melk. Boris is niet meer. Hij gaf in coronatijd de geest, na een longontsteking. 

IDYLLISCH
Als de avond valt, verdwijnen onze twee bootgasten. We maken nog een 5 km-wandeling in de buurt. De volgende morgen worden we laat wakker. We sliepen zonder geluid van mensen, muziek, auto’s, enkel met dat van vogels. Een droomplek. Nooit eerder zo’n vriendelijke sluis- of brugwachter ontmoet: niet in België, niet in Nederland, niet in Duitsland, niet in Engeland, niet in Tsjechië en niet in Frankrijk. Nooit eerder - en toch al wel een keer of tien gevaren in binnen- en buitenland - op zo’n idyllische plek, gratis, kunnen slapen, in ruil voor en koffie of een pint. En Wim leverde, op verzoek, verse croissants en broodjes. Het leven kan soms mooi zijn…

Zoek je een fietshalte onderweg of wil je logeren op een boot van Wim of met hem naar Parijs varen (mensen zonder streken mogen mee, na zijn goedkeuring). Mail naar info@astene-sas.be en kijk op www.astene-sas.be.


Video over brug en Wim: 

maandag 1 juni 2020

DE LAATSTE WOORDEN VAN GEORGE FLOYD

“Dat is mijn gezicht
ik heb niets ergs gedaan
alsjeblieft
alsjeblieft
alsjeblieft ik krijg geen adem
alsjeblieft
alsjeblieft iemand
alsjeblieft
ik krijg geen adem
ik krijg geen adem
alsjeblieft
(onhoorbaar)
ik krijg geen adem, mijn gezicht
sta toch op
ik krijg geen adem
alsjeblieft, een knie op mijn nek
sh*t ik krijg geen adem
ik zal
ik kan niet bewegen
mama
mama
ik kan niet
mijn knie
mijn nek
ik kan niet meer
ik kan niet meer
ik ben claustrofobisch
mijn maag doet pijn
mijn nek doet pijn
alles doet pijn
een beetje water
alsjeblieft
alsjeblieft
agent, ik krijg geen adem
dood me niet
ze gaan me doden
komaan alsjeblieft
ik krijg geen adem
ik krijg geen adem
ze gaan me doden
ze gaan me doden
ik krijg geen adem
ik krijg geen adem
alsjeblieft meneer
alsjeblieft
alsjeblieft
alsjeblieft ik krijg geen adem”

zondag 10 mei 2020

WAT IS EEN MOEDER?


Charles Leplae, Openluchtmuseum Middelhem


Het is zoveel en het kan zoveel zijn.

Het is proberen, proberen, proberen.

Het is soms slagen, soms ook falen.

Dat spijt me.


Het is ook koken, wassen, plassen. 

Het is proberen te doen, meer en beter te doen.

Het is denken en dromen over hoe en welke moeder zijn.


Zorgen en verzorgen.

Vertellen en herhalen, steunen en betalen.

Het is zoveel rollen combineren.

Dat lukt niet.


Het is veel, alles en perfect willen zijn.

Dat lukt ook niet.

Het is intens genieten van een woord, een gebaar, een daad.

Het is meestal vreugde, soms verdriet.

Dat niemand ziet.

Het is liefde geven en liefde nemen.

Het is uiteindelijk zijn, wat en hoe en wie we zijn.

Dat is goed, soms ook niet.


Ik ben blij een moeder van twee te zijn en te blijven.

Het blijft een verrassend geschenk, 

een klein mirakel, 

een onbeschrijfelijk avontuur.

💓


David Cerny, Beaufort 2006

zondag 1 maart 2020

BOMEN PRATEN STIEKEM MET ELKAAR

Steden moeten in bomen investeren. Dat kan ik enkel toejuichen. Dat advies komt volgens groenexpert Paul Geerts van oud-president François Mitterrand. 
Plant dus bomen. Hoe meer hoe liever. Het resultaat zal verbluffend zijn... omdat bomen praten met elkaar!

Als je een boom plant, dan liefst eentje die minstens 100 jaar wordt, raden Paul Geerts en landschapsarchitect Louis De Jaeger aan. En plaats ze dicht bij elkaar, in minibosjes, o.m. op braakliggende lapjes en verwilderde rotondes. Dan krijg je miniwoudjes, tiny forests. De gevolgen - zullen verbluffend zijn, want bomen kunnen praten! Ondergronds spreken ze heimelijk met elkaar. Wist je dat? Ik niet, maar ik vermoedde het wel en ik zag het bewijs ervan in de expo ‘Ondergronds’ in het Gentse STAM.

SPREKEN
Ja. Bomen praten stiekem met elkaar. Die wijsheid-wetenschap komt van de BBC (duidelijke video) en van onderzoekster Suzanne Simard (Ted-talk). Bomen lijken individuen, los van elkaar, maar dat zijn ze niet. Ze zijn verbonden, ze zijn zelfs altruïstisch. Bomen staan in contact met elkaar via wortels en schimmeldraden van zwammen. Zo spreken ze met elkaar, maar ze doen nog veel meer van en vrijblijvend gesprek voeren met hun soortgenoten: ze voeden elkaar, versterken of verzwakken elkaar, ze stelen of geven, ze werken elkaar tegen of spannen samen en soms vechten ze een oorlog uit. Hun ondergronds netwerk en communicatie zit echt ingenieus in elkaar. Het lijkt op een WWW, een Wood Wide Web.

LIEFDE
Ik bewonder bomen, in elk seizoen, op elke plaats. Ik praat ook graag met hen, luidop of in gedachte, al krijg ik geen commentaar, uitleg of antwoord. Ik houd van hen. Echt waar. Soms moet ik er gewoon eentje aaien, vastpakken of knuffelen. Dat doe ik in de hoop dat zo’n boom dat een langer, beter, gezonder en gelukkiger leven kan leiden. Of is dat een illusie, een droom, een wens, een sprookje? Het kan me echt niet schelen, ik wil gewoon bomen, meer boven. Want het zijn, wat Lois De Jaeger schrijft: de goedkoopste en beste fabrieken om CO2 op te nemen, zuurstof te produceren, fijn stof te filteren, droogtes en overstromingen tegen te gaan en zelfs voedsel te produceren. Het zijn wezens die gratis voor ons werken. 
Hartelijk bedankt bomen!



OORLOG
Dat bomen tegen een stootje kunnen - en nog veel meer - zag ik duidelijk op de website van In Flanders Field Museum. Stond er dan na WOI geen boom meer recht? Neen, echt niet al was het bomenverlies enorm. In en rond Ieper staan werkelijk bomen die zowel de Eerste als de Tweede oorlog overleefden, zelfs nadat er enkel een stuk stam overbleef. In het museum ligt wel stamschijf van een boom uit Elverdinge uit 1760 die de Grote Oorlog niet overleefde. De zwarte vlekken herinneren aan de bominslagen. Ja, bomen zouden straffe verhalen kunnen vertellen. Daarom werden trouwens in 2014 herdenkingsbomen geplant op de frontlinie, met blauw kader voor die van de geallieerden en met rood voor die van de Duitsers.
Bomen, waar ze ook staan of komen, ik kan ze echt niet meer missen.

Bronnen:
- How trees secretly talk to each other. BBC News, 29 juni 2018
- How trees talk to each other. TED-talk. Suzanne Simard, 30 augustus 2016
- In Flanders Field