Posts tonen met het label expo. Alle posts tonen
Posts tonen met het label expo. Alle posts tonen

vrijdag 15 april 2016

EEN ZWARTROK TUSSEN NOBELE WILDEN

Wie het als jongere moeilijk heeft met discipline, wispelturig is en voortdurend van school moet veranderen, kan het letterlijk en figuurlijk ver brengen. Dat bewijst priester-missionaris-Jezuïet-wetenschapper Jan Pieter De Smet. De expositie in het Caermersklooster in Gent geeft een boeiend beeld van deze merkwaardige zwartrok en zijn geliefde nobele wilden, de Indianen in de Rockey Mountains.

De brief van zijn vader met ‘Zeer beminde zoon’ was 2 jaar onderweg als hij J.P. bereikte in Florissant, de VS. Tegen zijn vaders wil trok hij daar naartoe in 1821. Hij arriveerde er in pedus apostolorum (te voet als missionaris) nadat hij met de boot in Baltimore aanmeerde. In rechte lijn is dat 1.185 km of 824 mijl!Ik zie op de expo niets over Apaches, Sioux en Cherokees, die zo graag in films worden opgevoerd, wel over ‘zijn’ bv. Salish, Nimi’ipu, Kalispel, Kootenai en Blackfoot. Ik zie prenten, schilderijen, kaarten en voorwerpen en lees beschrijvingen en commentaren.

LISETTE

J.P., geboren in Dendermonde in 1801, is een eerder merkwaardige maar ook vergeten figuur. Toch speelde hij in de 19de eeuw een grote rol voor de Indianen. Den grooten Zwartrok tekende en beschreef hun doen en laten, hun leven en dood, hun kledij en hoofdtooien, hun paarden en bizons, gewoonten en gebruiken. Daarom is voor iedereen wat te ontdekken op deze ‘The Call of the Rockies’ tentoonstelling. Studenten van de academie tekenen er, leden van een congres van Et(h)nocoll lopen rond met een gids, toevallige passanten van/naar de Vrijdagmarkt houden er halt.

                            


Indianen en hun dagelijks leven blijven boeien, ondanks of door allerlei fabeltjes en mythes, mij dus ook (met dank aan Pauline voor de tip van de rondleiding). Mijn oog valt op een halsketting met grizzlytanden, een Blackfoot kledingstuk uit 1875 met, jawel, vingerhoedjes, hoofddeksels met lange veren, de natuurlijk gekleurde stekelvarkenspinnen op een draagtas en een stokjesspel (wie het langste heeft, wint; de verliezer met er eentje aan de winnaar afstaan). Ik weet nu ook dat zijn tweelingzus Coleta stierf toen ze 6 was, dat zijn muilezel waarmee hij de Plains in trok Lisette heette - vriendelijk en gehoorzaam - en hij die aanmoedigde met luid geschreeuw en een zweep. Het Katholieke wereldbeeld botste met het Indiaanse maar de ‘goede en wijze’ zwartrok drong niets op, bewandelde de weg van de geleidelijkheid om zijn boodschap te kunnen brengen. Opvallend zijn ook de opnames over brieffragmenten waarin hij boos is op en zich verzet tegen de blanke decadentie en alcohol die de gezondheid en gedrag van Indianen bezoedelen

BV
Hij was een echte BV avant la lettre. Tussen 1840 en 1870 trekt hij 5 x van Saint Lois naar de Rockey Mountains, 7 maal naar het gebied boven de Missouri en 9 x naar Europa om te getuigen, met de Indianen en allerlei voorwerpen. Door zijn charisma, openheid, humor en liefde voor de Indianen, wint hij echter hun vertrouwen en slaagt hij erin heel wat elementen van hun leefwereld en eigenheid te observeren, te beschrijven en te bewaren. Dat hielp toen niet genoeg, maar kan voor Indianen nu bijdragen tot een rechtvaardiger behandeling, meer erkenning en het recht op een eigen culturele identiteit om fier op te zijn.‘Ik heb meer wilden gezien in de steden van Europa en Amerika dan in de vlakten en de bergen van het verre Westen’, schreef P.J. De Smet. Ik ook, en voeg daar het Zuiden bij.

maandag 12 oktober 2015

IN DE WOLKEN VAN CLOUDS

Het kasteel van Le Rœulx, van de prins de Croÿ, is uitzonderlijk open voor publiek door Clouds. Ik ben in de wolken van deze wonderbaarlijke wolkige expo. 
Buiten kan je de wolken en nog veel meer zien o.m. in de doorzichtige meditatieve metalen gezichten Marianna en Nuria van Jaume Plensa (Barcelona) of in de reuze granieten kegelbal van de Nederlandse kunstenaar Jan Van Munster.


In de oude stallen ontroeren de wolken van Magritte (B) en Inigo Manglano-Ovalle (Chicago), maar ook de imposante takkeninstallatie van Bob Verschueren (B) aan de ingang. 
In de grote tuin krijg je door de fonteininstallatie van Anne Blanchet (Genève) om de tien minuten een fantastisch schouwspel door wind en wolk. Je waant je even, als je in die wolk belandt, overal en nergens. Zalig. 


De Oranjerie huisvest fascinerende wolkenkunstwerken o.m. een prachtige foto van een suikerspinachtige wolk van Perrine Lievens (Parijs) en een intrigerende en rustgevende wolken-in-bokalen-installatie van Charlotte Charbonnel (Parijs) waarin halfvolle melk, gesteriliseerd water en ethanol een cruciale rol spelen. 
En dan die honderden (?) met water gevulde plastiek zakjes aan nylondraden van Michel Francois (B). Ze vormen een regenwolk van 250 tot 300 kg, waarin licht en zon zorgen voor een subtiel kleurenspel. Glimlachen doet de gestileerde wolkenwandelaar van Françoise Coutant (B). Met dank aan de supersympathieke gids in de Oranjerie die, jawel, in het Nederlands én zeer vriendelijk uitleg gaf. De 16 blz. tellende gids van 1 euro bevat geen letter Nederlands, al is 60% van de bezoekers Nederlandstalig. Hoe dan ook…
Haast je, want deze Clouds is slechts tot 18 oktober te zien!

Voor meer info over Clouds: Château du Roelx, Place du Chateau, Le Rœulx
Foto’s nemen buiten mag, binnen niet. Via www.Iténeraires.be kan je de Vlaming Pieter Vansteenbrugge als gids boeken.

Wie échte wolken wil zien, moet gewoon naar buiten en boven kijken. 



vrijdag 8 maart 2013

Laat niet op je kop zitten!




De Panne, 2003. Honderd gietijzeren mannen van de Britse kunstenaar Antony Gormley (1950). Indrukwekkende gestalten, aanstormend talenten, vereenzaamde creaties, versteende harten, onverstoorbare individuen,… Elke man van staal kon iemand anders zijn, iets anders betekenen, voor elk wat wils, voor elke man of vrouw.

Zijn naam vergat ik, zijn mensenbeelden niet. Als ik mijn ogen sluit zie ik ze nog: die mannen. Net geen mensen, op Gormley gelijkend, rotsen in de branding, in weer en wind. Geen lichtgewichten. Ze doorstonden stormen, deden golven keren, onbewogen en standvastig. Onbeweeglijk, eeuwig, standvastig, onherroepelijk, doortastend… zoals een mens, of minstens ik, ook wil zijn. Geen mens bleef onberoerd. Het gaf me een vreemd gevoel te zijn, te staan en te zitten naast zo’n man van 1,90 meter, 630 kg zwaar. Samen staren, samen zwijgen, samen zijn. Kijken en verlangen naar wat nog moet komen.
Gent, 2013. De kop niet in het zand steken, zich niet op de kop laten zitten. Niet praten als een kip zonder kop. Niet op zijn kop krijgen. Er met kop en schouders bovenuit steken: dat heb ik toen begrepen… door die mannen. Daar wil ik nu voor vechten… voor alle vrouwen.


Ps. Voor wie ook heimwee heeft naar toen: Knokke-Heist heeft sinds 1 maart een Gormley-man en hij is tot 5 mei te gast in het Antwerpse openluchtmuseum Middelheim.