Boeken:
Wil je dat ik kom voorlezen uit mijn boeken?
Ik kom graag, naar elke klas, vereniging, club, verzorgingstehuis,
instelling, opvangtehuis, gevangenis, enz.
De vergoeding is afhankelijk van afstand (voor
mij) en vermogen (van de luisteraars).
Wil je dat ik kom voorlezen uit mijn boeken?
Ik kom graag, naar elke klas, vereniging, club, verzorgingstehuis,
instelling, opvangtehuis, gevangenis, enz.
De vergoeding is afhankelijk van afstand (voor
mij) en vermogen (van de luisteraars).
Ik erfde van mijn Siciliaanse oma, nonna, juwelen. Wat ze waard zijn, heeft eigenlijk geen enkel belang, maar de warme herinneringen blijven. Robert den expert schat de huidige waarde. Die stelt me niet teleur, doet me ook niet schrikken, maar verbaast en verwondert me wel. Ik ben nu armer dan ik denk, maar ik blijf wel heel rijk...
De juwelenschatting won ik als prijs in de
vrijgezellenwedstrijd van mijn dochter (met dank aan sponsors Céline en Rob) 4 jaar
geleden. Gelukkig mocht ik, lang na datum, onlangs toch een afspraak maken met een charmante expert. Groot, slank, met een innemende lach wacht Rob mijn man en
ik op. Zijn hele wezen en gedrag ademt 45 jaar ervaring uit: hoe hij elk juweel
aanneemt, vastpakt, bekijkt, observeert, bestudeert, weegt, berekent,
herberekent, en tussendoor tabellen en andere gegevens digitaal raadpleegt. Ik staar naar een ongelooflijk en perfect samenspel van ogen en vingers, kennis en
ervaring.
Time is ook money. Robert den expert is ook Robert den snelle. Tijdens zijn professionele handelingen slaagt hij erin om een pak ambachtelijke kennis en interessante wetenswaardigheden te citeren. Aan dezelfde vitesse als zijn daden, wat me het noteren bemoeilijkt. Het resultaat? Ik ben niet teleurgesteld en ik schrik niet, maar ben wel verbaasd en verwonderd over zijn schatting, o.m. van uurwerk en ring met diamanten en platinum. Een derde van wat ik dacht. Maar is dat wel belangrijk? Eigenlijk niet. Ik heb er al sinds 1967 van kunnen genieten, op verschillende manieren.
NONNA
Ik kreeg de ring en het uurwerk van mijn oma, mijn Siciliaanse oma, nonna. Lang voor haar dood. Ze was dol op juwelen,
kledij en bloemen (vooral rozen). Enkel die laatste liefde erfde ik van haar.
Maar dat ik, als puber, op een dag zo’n schat in ontvangst mocht nemen! Alleen
ik, een van haar acht kleinkinderen, omdat ze mijn doopmeter was: dat gaf me een heel
speciaal gevoel. Ik was voorheen, toen en voor altijd hoe ze me noemde, ma petite chérie.
Ze gaf me het gevoel dat ik niet alleen geliefd maar ook belangrijk was. Bij
die ring en dat uurwerk zat een klein briefje: ‘Pour ma petite filleul Ann’, in
het handschrift van mijn opa. Dat bewaar en koester ik.
HERINNERINGEN
Mijn herinneringen
aan haar (over haar groot verdriet schrijf ik later) zijn blijvend, gebakken en geslepen in mijn hart, in mijn geheugen en mijn lijf. Ze verwende me, ze
verwende ons: ze was een oma die naar de winkel ging om fruit voor ons te
kopen en kommen rode Sint Jansbessen plukte in haar tuin, schoonmaakte, met
suiker bestrooide en aan mijn vader mee gaf. Zij trok met elke van ons - al
waren we daar toen niet happig op - naar de mooiste kledingwinkels in Genk om een
outfit te kopen voor een eerste of plechtige communie. Haar Sint en Paasklokken
brachten een overvloed aan chocolade voor alle kindermondjes. Misschien
speelde toen mee dat we niet arm, maar ook niet rijk waren. In ons huis ging
enkel een fortuin naar onze studies én naar boeken: niet naar luxe, niet naar
kledij, niet naar juwelen… Gelukkig.
VIJFTIG JAAR
LATER
Ik heb die juwelen, uit schrik voor diefstal en uit schaamte voor hun grootheid en (vermeende) waarde, zelden gedragen. Meer dan vijf decennia, leefde ik in de waan dat ik superdure juwelen in mijn bezit heb! Ik voelde me rijk. Dat ‘gevoel’ moet ik nu bijstellen. Enkel op financieel vlak. Al mag ik niet klagen: ze zijn samen toch nog 2000 euro waard.
Hoe het komt dat dat mijn erfstukken zoveel in waarde daalden? Niet de waarde hebben die ik dacht of dacht te weten? Robert den expert geeft daar gegronde redenen voor: de enorme daling van de prijs van diamanten/briljanten (cfr. de vele artificiële ), de halvering van de prijs van platinum (terwijl de goudprijs verdubbelde), de oude setting, de noodzaak van het herslijpen (met risico), enz. Ja die ring. Een ongemakkelijke schitterende knoerd aan mijn vinger. En een uurwerk zo groot dat je het uur niet eens kunt lezen. In die tijd was het enkel een juweel, een stoefobject en dus niet om het uur, te kennen. Onverkoopbare schoonheden dus, zonder herslijpingen, maar wel met een onvergetelijke geschiedenis.COMPENSATIE
OF TROOST
Ik herinner
me dat mijn goedgelovige juwelenminnende, verwende (door haar man) nonna, na een
inbraak in haar huis juwelen verloor … en nieuwe wilde/kocht/kreeg. Was ze zo
verknocht aan juwelen omdat ze er nooit kreeg van haar ouders? Omdat ze er
graag mee wilde opscheppen? Of om het
gevoel van niet aanvaard zijn - als buitenlandse en Nederlandsonkundige - in
zijn familie te compenseren? Of was het haar enige troost voor een nooit voorbijgaand gemis?
ROBERT
Bedankt Rob-Robert, maar vooral bedankt nonna, niet alleen voor je geschenken, maar voor je
liefde, gulheid, warmte. Niet je juwelen, maar jij bent voor mij onvergetelijk. Ik miste je dikwijls. Je verwende mij vooral met je aandacht, met je
liefde. Dat gevoel verwend te zijn geweest, nemen ze me niet af, nooit meer.
Dat is wat telde en wat telt, dat is wat blijft, dat is wat ik me herinner, blijf
herinneren en ook blijf voelen…
#robertdenexpert
#schatting #juwelen #oma #nonna #erfenis #herinneringen #antwerpen
Augustus 1976 was een onvergetelijke maand, met een ‘klas’ van 100 studenten uit de hele wereld, van alle leeftijden,17 u per week lessen Italiaans aan de Università per Stranieri. Prima docenten en een dito bruikbare basiscursus. Een aanrader (net als de cursus Italiaans die ik enkele jaren geleden aan het UCT Gent volgde). Reis, inschrijving, kamerhuur, eten en andere kosten betaalde ik met babysitten bij familie in Hasselt en bij buren in Leuven, waar ik studeerde.
1976
Terug
naar Perugia. 1976. Hoe ik die universiteit ontdekte, weet ik niet meer. Hoe de
inschrijving en betaling gebeurden? Ik denk per brief. Zonder gsm en internet,
want waar een wil is of (hartstochtelijke) wens, is er een weg. Mijn (toen al
overleden) nonna was een Siciliaanse: Italiaans leren prijkte torenhoog op mijn
verlanglijst.
Bij aankomst - na ongeveer 16u dag- en nachttreinritten? - meldde deze toen 22-jarige zich met kleine oogjes, aan de balie in het opgegeven inschrijvingsgebouw. Hoe ik daar geraakte, herinner ik me niet en hoe het verder zou verlopen, wist ik echt niet. Dat werd snel duidelijk. Inschrijvingsbewijs. Cursusaula, lesuren, lesboeken: ik kreeg alle informatie meteen mee.
KAMER
En overnachten? Luidruchtige Italiaanse kamerverhuursters stonden kandidaat-kamerhuursters op te wachten en hun kamers aan te prijzen. Ik weet niet meer waarom en hoe, maar met een sympathieke Turkse studente uit Izmir belandde ik in een eenvoudige tweepersoonskamer bij la mamma, in een oud huis op een eerste verdieping, hartje stad. Met 1 lavabo en een gemeenschappelijke badkamer voor het gezin en wij.
LESSEN
Wat een maand! Ik miste geen les, genoot van de stad met zijn steile, smalle straten (soms vloekte ik door de hitte), van het gezelschap van Amerikaanse en Duitse medestudenten. Ik at meestal met een of andere studiegenoot in een mensa, een gaarkeuken/sociaal restaurant: lekker en goedkoop. Ik zat uren met gezelschap op de Piazza IV Novembre, het centrale plein van de stad, rondom de Fontana Maggiore te palaveren. Meestal was dat op de trappen van de Palazzo dei Priori om - in de schaduw - lengte, breedte, hoogte - en inzicht te krijgen in de Perugianen. Soms met een ijsje. Tussendoor, voor zover haar en mijn zeer karig budget het toeliet, bezocht ik enkele opmerkelijke plekken bezocht, o.m. Rome en Assisi, telkens per bus, telkens voor een dag. Maar tijd en centen voor entreegelden in musea had ik niet. Een heavenly romance met een oudere Amerikaan Paul zorgde, tot op heden, voor een eeuwige liefde voor ‘Stairway to heaven’ van Led Zeppelin.
2025
GEBOUW
Na een korte uitleg - mijn verhaal uit het verleden - mochten mijn gezelschap en ik zonder enige beperking vrij door heel het laatbarokke gebouw (= Palazzo Gallenga) struinen. Wat een plezier! We liepen de trappen op en af, gangen in en uit, opende klaslokalen, tuurden naar lessen volgende studenten en hun prof. Met als kers op de taart: op de bovenste verdieping een adembenemend uitzicht op het dertiende-eeuwse aquaduct. Mijn bezoek kon niet beter vallen: naar aanleiding van de 100-ste verjaardag kreeg heel het interieur een make-over, waardoor die nog een ster meer kreeg. Mijn dag kon echt niet meer stuk…
Voor een na dit bezoek genoot ik ongelooflijk van Perugia. Dat is voor een andere blog! Want echt waar, die universiteit is dan wel dé ambassadrice voor Italiaans, maar de stad is een middeleeuws juweel!
Voor info: Universita
Hang de vuile was niet buiten… was het motto van mijn moeder. Maar misschien hield ze te veel voor zich? Ik weet niet of ze voldoende steun vond, vroeg of kreeg van haar familie, van haar vriendinnen? We hielden ons meestal aan die richtlijn, toen toch. De vuile was buiten hangen, letterlijk dan, dat deden we nooit.
De propere was, de vers gewassen en gezwierde was: ja die gingen we dikwijls ophangen, gewapend met een zware mand, houten wasknijpers en een vod om de draad schoon te vegen. Bij gebrek aan een speelbare en wasdraadbare tuin - we hadden slechts een minituin aan huis - mochten we die aan de wasdraden hangen van de vriendelijke en bescheiden overbuurvrouw, mevrouw Mulders. Het was een hele onderneming, de niet zo uitgebreid in het cursiefje in ‘ons’ boek ‘Kinderen toegelaten’ aan bod komt.ZWIERDER
WASDRAAD
HIMALAYA
Dit boek telt meer dan 200 cursiefjes over het reilen en zeilen, de dagelijkse grote en kleine probleempjes in een groot gezin, en telt 397 blz.. Het kost 20 euro (plus verzending). Misschien wel een ideaal Sint- of kerstgeschenk voor je ouders of grootouders of kinderen? Bestellen kan bij Standaard Boekhandel, Storyland of via boekenvanann@gmail.com.
Ik schrijf nog heel veel, met zwart of blauwe balpen (soms potlood): thuis, op de trein en in de auto, op vakantieplekken. Ook toen ik niet wist dat schrijven belangrijk is. En voor ik de oproep las van meer dan 20 welzijnsorganisaties, opiniemakers, auteurs, academici en ondernemers: ‘Durf opnieuw te kiezen voor pen en papier'. In hun open brief houden ze een pleidooi om kinderen en jongeren meer pen en papier te laten gebruiken op school. Ze willen de laptop niet weg, maar wel een her- en opwaardering van het schrijven met de hand, een basisvaardigheid die het concentratie-, redeneer- en kritisch denkvermogen versterkt.
ONDERZOEK
Noors onderzoek bewijst dat schrijven met de hand niet
enkel het leerproces versterkt, maar ook mentaal welzijn bevordert en creativiteit
stimuleert. Traditioneel schrijven vereist complexere bewegingen dan
typen, waardoor je hersenen intensiever werken en informatie effectiever
verwerken. Wie met pen en papier schrijft, moet
keuzes maken, samenvatten, herformuleren en verbanden leggen.
Dus, neem pen en papier en schrijf. Schrijf naar je
ouders, je kinderen, je vriendin, naar je collega, of zelfs naar een onbekende.
Noteer wat je ziet of hoort, wat je denkt, wat je gelooft en hoopt. Schrijf een
betoog, een gedicht, een verhaal. Of een oefening, een berekening, een recept,
een handleiding.
BLIJVEN
SCHRIJVEN
Ik zal blijven noteren met pen en papier. Mijn inspiratie voor boeken, blogs
of sociale berichten komt niet altijd als ik aan mijn laptop zit, maar op alle mogelijke en onmogelijke momenten en tijdstippen. Dan ben ik blij dat ik ergens - op een
kast, in mijn handtas, in mijn nachtkastje - pen en papier heb: enkele
bladzijden, een notitieboekje, een oud schriftje, zelfs de achterkant van een
formulier of toneelticket. Al moet ik bekennen: als ik mijn ‘wapens’ vergeet
(papier!), schrijf ik snel een mail naar mezelf. Als mijn pen me in de steek
laat, ook.
En gelukkig kan en kon ik, als freelancer, voor mijn kranten, en als auteur, voor mijn boeken, met de hand geschreven volle agenda’s notities, oude brieven, administratieve documenten, zelfs dagboeken lezen, raadplegen, gebruiken. Dat leverde me - al bleken sommige passages heel moeilijk te lezen - waardevolle informatie op voor mijn boeken o.m. ‘Het moest maar eens waar zijn’, ‘De schat van Merkem’ en ‘De Groote Oorlog van René’, maar ook voor ‘Oorlog in mijn hoofd’ en ‘Gevangen geboren’ en zelfs voor ‘Mijn Algerije’. Zonder die met de hand geschreven bronnen - van mijn hoofdpersonages - waren mijn boeken echt nooit zo goed, nooit zo echt geweest.
Ps. De basis
van deze blog schreef ik met de hand, in de keuken, net voor mijn ontbijt, rond
7u50, op gratis papier van 123inkt.be…