Posts tonen met het label bekend. Alle posts tonen
Posts tonen met het label bekend. Alle posts tonen

zaterdag 27 maart 2021

HANDTEKENINGEN BLIJVEN HERINNERINGEN

What’s in a name? Klinkt iets beter dan ‘wat zegt een naam?’. Het antwoord? Veel, soms heel veel. Een handtekening - van een bekende of onbekende - kan de vreemdste herinneringen bovenhalen en me terugwerpen in een ver verleden. Meestal gebeurt dat als ik, eindelijk, begin op te ruimen. En bij het terugvinden van mijn poëziealbum was het raak.

SUPERVERZAMELAAR JAN

Eerst dit: mijn kleine verzameling verdwijnt in het niet als je die van Jan Costermans bekijkt. Deze trouwe en sympathieke lezer verraste me ooit op de Boekenbeursstand waar ik signeerde. Ik leerde Jan kennen toen hij me interviewde over 'Het moest maar eens waar zijn', mijn boek over kettingbrieven, kettingmails en kettingberichten. Hij werkte voor De Post en schreef erover in zijn personeelsblad. Na zijn artikel volgden we elkaars werk en ontdekte ik dat hij een bijzondere filograaf is: dat is Grieks voor handtekeningenverzamelaar. Jan is nu, als gepensioneerde, voltijds en enthousiast op jacht naar handtekeningen. Hij heeft een collectie om u tegen te zeggen: meer dan 9400 handtekeningen uit alle mogelijke werelden: cultuur, sport, bedrijf, enz.

MINIVERZAMELAAR ANN 

Terug naar mijn bescheiden collectie. Afgelopen week botste ik op een poëziealbum en kaartjes met handtekeningen, verzameld in een heel ver verleden, ik schat dat ik tussen 15 en 25 was, tussen 1965 en 1975. Ja, hoe is dat: je bent jong en je dweept wat. Zo stond ik ooit, als puber, aan het kursaal in Oostende te wachten op Adamo. Ik smolt voor ‘Tombe la neige’ en ‘Sans toi mamie’, ‘Inch Allah’ en ‘C’est ma vie’. Meer dan een uur voor die wereldster voor een uitverkochte zaal optrad, stond ik achter een dranghekken aan de achterkant van het gebouw te smachten op zijn passage. Ik was een superfan van die man zonder geld voor een ticket. Maar na veel geduld - en moed en inzet van zusje Lia, toen 10 jaar - kreeg ik zijn handtekening, met zijn glimlach. Wat was ik fier en dankbaar! Het was alsof ik een ‘schat’ gezocht, gevonden en gekregen had. Hij is al 20 jaar ridder Salvatore en ik nog fan.

HANDTEKENINGEN EN TEKENINGEN

Ja, op de meest verschillende plaatsen groeide mijn collectie handtekeningen aan. En de eerlijkheid gebiedt me te bekennen dat ik, dankzij de culturele connecties van mijn bevoorrechte ouders, op dat vlak soms echt werd verwend: dan kreeg ik een handtekening mét een tekening! Bij voorbeeld van Broeder Max, Gerda Materne of Marthe Bamps. Zo werden onleesbare krabbels opeens namen met juweeltjes. 

Mijn eigen naam koester ik ook, niet omdat het mijn naam is, maar omdat de te vroeg gestorven collega-vriend Jaak Vandyck, zot van A, die in zijn mooiste kalligrafisch geschrift boekstaafde. Ik koester hem en dat stukje papier. Handtekeningen en namen blijven zo dankbare herinneringen aan bijzondere momenten. Ik hoop dat je er ook zo hebt... 


#Adamo #handtekeningen #broederMax #poeziealbum #herinneringen #verzamelingen #verzamelaar #journalist #hetmoestmaareenswaarzijn #filografie

vrijdag 25 januari 2019

BOEIENDE LEVENS IN BOEKDEEL 23


In het nieuwst deel van het Nationaal Biografisch Woordenboek, waarin elke mens, met een beetje naam, faam en verdienste in/voor ons land, een plaats krijgt, kom ik enkele bekenden tegen, o.m. André Dumont, Monda De Munck en Armand Preud’homme. Met elk van hen, had ik wel iets.

Bij de voorstelling van deel 23 van het Nationaal Biografisch Woordenboek, onder meer door prof. Francis Maes en prof. Lien Verpoest, passeerden vele namen die meer dan één belletje deden rinkelen: Jos Brabants, August Van Cauwelaert, Jean Brusselmans, Jean De Clerck, Annette Brepoels, Hilde Van Sumere, Wannes Van de Velde, Paul De Wispelaere. Om er maar enkele te noemen van de 105 boeiende biografieën, vooral uit de laatste eeuwen. Ze werden door 42 auteurs zorgvuldig door in al hun facetten, met rozengeur en maneschijn, met kommer en kwel en illustraties geschetst. Minstens drie van hen ‘kende’ ik uit mijn Limburgse periode (As en Hasselt): André Dumont (mijnbouwkundige), Monda De Munck (schrijfster, mijn moeder) en Armand Preud’Homme (componist).

DUMONT
André Dumont, geboren in Luik, was hoogleraar geologie en mijnbouwkunde aan de Leuvense universiteit. Hij ontdekte in As 2 augustus 1901 op 541 m diepte de eerste steenkool van Belgisch Limburg. In mijn ex-dorp staat sinds 1951 een monument voor hem door kunstenaar Raf Mailleux precies op de plek waar Dumont zijn geslaagde boring uitvoerde, nl. op de hoek van de Breeërweg en de Vlasroot, nabij de André Dumontlaan. In As werd toen dagenlang gefeest, naar het schijnt. Dat deze man daar voor de toekomst van duizenden mensen zorgde, daar was ik als Assenaar fier op, maar niet over de miserabele, ongezonde werkomstandigheden waarin ze moesten wroeten in de mijnen van o.m. Waterschei, Winterslag, Zwartberg en Beringen.

PREUD’HOMME
Armand Preud’Homme is de man van ‘In de stille Kempen’, van ‘Susa Nina’ (in 18 talen!) en 448 andere liederen. Toen ik eind jaren ’70, in mijn journalistieke beginperiode freelancete voor (toen) BRT Omroep Limburg, Splinternieuws was dat één van mijn opmerkelijkste BV-interviews, net als het gesprek met gouverneur Roppe, met politica Miet Smet of met Piet Jaspaert directeur van het Hasseltse Cultureel Centrum. Mensen die, jonge journalisten als ik, een (vriendelijke en gelijke) kans gaven en iets te vertellen hadden…

DE MUNCK
Mijn moeder schreef honderden cursiefjes en andere teksten en een stuk of tien boeken, o.m. ‘De vrouwen van Dalvajoes’ en ’Mattie’. In de uitgebreide bijdrage over haar komen alle facetten - jeugd, werk bij Limburgia, schrijfster, echtgenote, moeder, enz.) aan bod. Dat is de verdienste van prof. em. Magda Michielsens, gespecialiseerd in vrouwen en literatuur. Door haar bijdrage leert ze mij het literair werk van mijn moeder anders kennen. Bedankt! Met haar ogen en haar blik zal ik zeker bepaalde boeken van mijn moeder herlezen.
Want soms ga ik graag terug naar mijn roots, mijn wortels, soms ook niet.




Ps. Prof. Verpoest weet zoveel over de vrouwen en hun maatschappelijke rol na 1918! Een eyeopener

zondag 24 december 2017

IK HEB EEN ZWAK VOOR RARE VROUWEN

Ik heb een zwak voor rare, sterke vrouwen. Niet alleen voor de echte - Malala, Ayaan, Agnes, Karen, en zovele andere - maar ook voor die van het scherm: voor Saga, Chloë, Lisbeth en zelfs voor Vera.
Het zijn geen piepjonge wezens en zeker geen heiligen, maar ze zijn sterk, onafhankelijk, eigenzinnig, tegendraads, getalenteerd, gedreven, bekwaam en nog veel meer. 

Saga
Saga Norén, van de Deens-Zweedse tv-misdaadserie The Bridge (Bron-Broen), is één van mijn favorieten. Haar jeugd was geen sprookje. Haar moeder leed aan het Munchausen by Proxy Syndroom en haar zus stierf. Saga lijkt kilkoud en enkel oog te hebben voor facts and figures. Ze heeft autistische trekjes. Gevoelens uiten, relaties aangaan, op haar woorden letten en ellebogen gebruiken is voor haar moeilijk. Er zijn weinigen die haar ruimte geven, begrip tonen en haar nemen zoals ze is, hoewel ze extreem praktisch is, een krak is in het interpreteren van sporen, in het oplossen van moorden en in het vinden van daders. Sofia Helin (1972) vertolkt haar rol voortreffelijk. Bron is In 100 landen te zien!

Chloë
Op mijn nummer 1 staat Chloé Saint-Laurent die schittert in de Franse misdaadserie ‘Profilage’. Ze is een competente criminologe, werkt in een politieteam en helpt moordenaars in Parijs en omgeving klissen, vooral door daderprofielen op te stellen. Ze valt op door haar talent en kleurrijke jassen, jurken en kousen. Ook het leven van deze kortgerokte dame liep niet over rozen: ze zat 5 jaar in een psychiatrisch ziekenhuis nadat ze haar vermoorde moeder vond. Ze lijdt aan schizofrenie, heeft psychoses, verliest een kind en adopteert er een, kan zich moeilijk binden of wordt verliefd op de verkeerde vent. Ik hoop nog dat ze stiekem iets begint met haar chef, de weduwnaar Thomas Rocher (alias Philippe Bas). Dat pittige dametje heet Odile Vuillemin en is 40. Ik ben een fan van Chloë, net als 8 miljoen Fransen. ‘Profilage’ doet me denken aan Kaat Beels, die prachtige dingen regisseerde o.m. Clan, Beau Séjour en Tabula Rasa. De producenten van ‘Profilage’ zijn, toevallig of niet, ook vrouwen, Fanny Robert en Sophie Lebarbier

Lisbeth

En dan is er Lisbeth Salander, de jongste van mijn préferées, amper 1,50 m en 40 kilo. Zij is totaal anders: gitzwarte ogen, haar in een kuif, ijzerwerk in haar neus, opvallende tatoeages en altijd in het zwart gekleed. Zij zit in de serie gebaseerd op de Millennium-trilogie: meeslepende misdaadromans van de overleden Zweedse journalist en schrijver Stieg Larsson. Vier films om te gruwelen: films: Mannen die vrouwen haten. De vrouw die met vuur speelde. Gerechtigheid. Wat ons niet zal doden. Michael Nyqvist speelt de rol van journalist Mikael Blomkvist, Noomi Rapace die van Lisbeth Salander, zijn briljante researcher. Ook zij overleefde verschrikkelijke jeugdtrauma’s (huiselijk geweld, brandstichting, verkrachtingen) en een opsluiting in een psychiatrische instelling. Ze heeft er nog nachtmerries over. Ze is eigenaardig, gesloten, koppig, echt geen doetje. Ze is sociaal onaangepast, mentaal instabiel en moeilijk benaderbaar. Officieel is ze psychotisch en introvert, in werkelijkheid uiterst scherpzinnig en gewiekst, een top onderzoekster met een fotografisch geheugen. Noomi Rapace (1979) werd in 2009 genomineerd voor de European Film Award voor beste actrice. 

Vera
Hekkensluiter is Vera, van de gelijknamige Britse detectivereeks, is de oudste van mijn gezelschap. Ze is de vrouwelijke versie van o.m. Frost en Morse. Ze zegt ‘Love’ tegen iedereen, zaagt soms, neemt tegen criminelen in Northhumberland een houding aan van ‘ons kent ons’, ‘ik begrijp je’, maar fileert en ontrafelt ze, als DCI Vera Stanhope, en pakt ze op hun leugens; ze laat niets ononderzocht, geeft meestal en onverwacht een andere wending aan een onderzoek. Ze is opvliegend, ernstig, dapper en verbeten, maar ook een eenzaat met humor. Een workaholic dat is ze zeker, maar geen modefreak, integendeel. Van haar verleden weet ik niet veel, tenzij dat ze als kind haar moeder verloor. Soms een ambetante tante voor haar medewerkers, soms heel begripvol. Ze is eerlijk en bekwaam (dat heb ik graag). Boos Vera heeft af en toe a walk in the woods nodig. ‘Vera’ vertolkt door Brenda Anne Blethyn (1946) is gebaseerd op de romans van Ann Cleeves en is al aan zijn zevende seizoen. Het is een klepper met 7 miljoen kijkers in het Verenigd Koninkrijk en in meer dan 30 landen te zien.


Nu weet je het. Ik heb echt een zwak voor misdaadseries, voor eigenaardige vrouwen en voor vrouwen met een verleden. In elk van hen vind ik iets van mij terug, in woorden en daden. Gelukkig. En dat mag zo blijven.