Mag ik u wat vragen? Ik heb dan wel een boek geschreven over een belangrijke en woelige periode uit uw leven, 1915-1930, maar toch weet ik onvoldoende over u!
U bent de grootvader van mijn man Chris, de vader van mijn schoonmoeder Lieve…, maar al ‘zit’ ik al 40 in uw familie, ik heb u nooit ontmoet. Dat is jammer. Want dan had ik u zoveel kunnen en willen vragen!
Waarom? Omdat ik door mijn boek ‘De Groote Oorlog van René’ een fan van u ben geworden, net als van Karel Balduck, hoofdpersonage van mijn boek ‘De schat van Merkem’ (overgrootvader was van Chris via zijn vader). Echt waar. Omdat u, voor u 34 werd, in vergelijking met vele mannen en vrouwen, ook ik, al zoveel opmerkelijke zaken beleefde in zes landen.
U, René, en ook Karel, hebben vele maanden van mijn leven beheerst, in beslag genomen, opgeëist. Met veel plezier, dat wel, want waargebeurde verhalen van gewone of ongewone mensen interesseren me bovenmatig. Dat ligt wellicht aan mijn verleden als freelance journaliste? Onderwerpen zoeken en vinden, opzoeken en onderzoeken, schrijven en herschrijven: het is niet alleen een hobby, maar ook een passie, maar onmisbaar deel van mijn alledaagse leven geworden.
Maar dat is niet de kern van deze blogtekst. Wat ik zoek zijn antwoorden die u alleen me kunt geven.
Ik geef u een aantal vragen…
Had je herinneringen
aan je moeder? Wat waren de laatste woorden van je broer Camiel toen je hem zag
in het ziekenhuis van Cherbourg?
Heb je
echt niemand doodgeschoten of zwaar verwond in Merkem tijdens de Eerste
Wereldoorlog? Haatte je de Duitsers niet of toch een beetje?
Schreef je brieven of kaartjes naar huis, naar familie of vrienden? Van het front of uit de drie krijgsgevangenkampen? Miste je hen?
Met wie van
je broers en zussen, halfbroers en halfzussen, had je, buiten Rachel, waar je
zo goed voor zorgde in Canada, een goede band?
Hoe was het samenleven met uw zus Madeleine, haar man en kinderen in Montréal?
Bleef je,
later in Reningelst, in contact met de Pool en de Oekraïner die samen met jou
vluchtten? Of met je kameraad-verpleger in Denemarken?
Vond je
echt dat alle Amerikanen moordenaars, dieven, vrijgeleiden en armoezaaiers
waren?
Waren de
twee getuigen die uw aanvraag tot naturalisatie tekende werkmakkers of
vrienden, of allebei?
Hoeveel
kostte uw overzeese reis met het stoomschip Scandinavian of de MS Melita? Had u
op die schepen mensen leren kennen? En je enorme reiskoffer? En de ploeg die u
voor uw vader kocht? Of dat mooie pak en die hoed die in u de VS droeg?
Hoe was
die week in de gevangenis? Dronk u dikwijls en veel? En wat dronk u het liefst?
Was het werken- voor 1915 - als boerenknecht en - na 1930 - als boer iets dat je echt met hart en ziel deed? Miste je het werken als arbeider in de slachterij of in de autofabriek?
Had je na 1930 nooit heimwee naar Canada of naar de VS?
Mijn vragen zullen onbeantwoord blijven. Want ik kan niet met u spreken, niet met u corresponderen of mailen. Maar wees gerust. Ik zal blijven zoeken naar antwoorden, naar alles over uw leven…
Ik ben echt teleurgesteld dat ik u nooit heb ontmoet, maar ik ben blij dat ik u heb leren kennen!
U zult altijd een speciale plaats bekleden, niet alleen in Poperinge en in onze familie...
Van harte bedankt
René, voor je leven, en zeker voor die 15 speciale jaren!
Ann, echtgenote van uw oudste kleinzoon
Interesse in de 'De schat van Merkem' of 'De Groote Oorlog van René'?
Bestel ze bij Standaard Boekhandel' of via boekenvanann@gmail.com
Geen opmerkingen:
Een reactie posten