donderdag 2 januari 2020

HOE KRIJG IK JOU AAN HET LEZEN?


Maken we er samen een leesjaar van? Jij leest en ik ook, maar hoe krijgen we anderen, wie ook en waar ook, meer aan het lezen? Hoe kunnen we van 2020 en echt leesjaar maken? Tijd vrijmaken om te lezen, is de eerste en belangrijkste stap. Maak boeken ook zichtbaar, bereikbaar en bespreekbaar. Lees, voor- en samenleven: het kan zo prettig en inspirerend zijn. En spreek over boeken!

                                                    MAAK BOEKEN ZICHTBAAR

Tips voor ouders?

- Maak boeken zichtbaar: verstop ze niet in kasten. Leg ze op een bereikbare en grijpgrage plek.
- Breng kinderen ‘in contact’ met alles wat leesbaar is: kranten, boeken, strips en alles wat leesbaar is. Laat ze die vastpakken, voelen, ruiken en ermee spelen, knutselen, experimenteren en oefenen.
- Onderschat het belang van voorlezen niet, voor woordenschat en leerprestaties. Het geeft je de kans om gesprekken te voeren en soms netelige onderwerpen aan te pakken.
- Geef het voorbeeld: zien lezen, doet lezen. Als jij leest, zullen je kinderen gemakkelijker een boek nemen en lezen.
- Maak van een bezoek aan bibliotheek- of boekhandel een uitstap, al dan niet met een drankje of ijsje achteraf.
- Zwerf eens samen met zoon of dochter tussen de boekenrekken, in bib of boekhandel op zoek naar… iets!
- Geef dochter of zoon de tijd om een boek te kiezen: covers te bekijken, samenvattingen te lezen, boeken te voelen en erdoor te bladeren.
- Vraag raad aan bibliothecaris of winkelier als je niet weet welke boeken bij welke leeftijd passen.
- Geef eens een boek of een abonnement op een krant of tijdschrift cadeau. 

                                           GEEF HET VOORBEELD

 Tips voor volwassenen?
- In de winter: zoek een zetel (of een bed); in de zomer: een luie stoel, een grasperk of een bank in een park of bos.
- Trek makkelijke kledij aan (en warme sokken, indien nodig)
- Kies of leen een boek waarvan de cover en korte inhoud jou aanspreken
- Neem een kop warme chocolade, kruidenthee, glaasje fruitsap of een wijntje, een koekje, een beetje chips of een handje nootjes.
- Begin te lezen!
- Spreek over boeken die je niet/wel leuk/boeiend/spannend vindt, met familie, vrienden en collega's.

LEES, LEES, LEES


Tips voor scholen? 

- Zorg voor een boekenkast in elke klas met een heel gevarieerd en aantrekkelijk aanbod, zoals kranten, strips, meertalige boeken, prentenboeken, poëzie- en verhalenbundels, informatieve boeken en tijdschriften.
- Lees wanneer leerlingen (moeten of kunnen) lezen. Dat werkt aanstekelijk.
- Kies voor een vast leesmoment: na het vieruurtje, voor het slapengaan, na het buiten spelen.
- Ga met hen op stap en toon wat kan, in een bibliotheek en een boekhandel en werk ermee samen.
- Laat kinderen zelf een boek kiezen en geef dan uitleg.
- Laat hen over hun (lievelings)boek vertellen, schrijven én spreken. Laat hen uitleggen waarom zij net dit of dat boek geweldig vinden: een ideale oefening in het structureren van gedachten en uiten van gevoelens.
- Laat hen zelf een boek schrijven, samenstellen, knutselen, schilderen, verbeelden en uitbeelden, enz.
- Nodig een auteur uit en laat je leerlingen vragen voorbereiden en stellen.
- Stimuleer en help leerkrachten die niet (graag) lezen.
- Moedig kinderen, hun ouders en grootouders aan om ook buiten de schoolmuren te lezen.

SPREEK OVER BOEKEN


Tips voor verenigingen en organisatie?

- Organiseer elk jaar minstens een evenement rond boeken-lezen-auteurs
- Laat leden zelf iets vertellen over een boek, een voordracht, een boeken quiz of een boekzoektocht organiseren.
- Laat je inspireren door www.auteurslezingen.be waarop commentaren staan van zowel auteurs als organisaties. Kies een auteur en vraag een subsidie aan.
- Maak van een bezoek aan een bibliotheek, een boekenbeurs of een boekhandel een uitstap



Bron: https://iedereenleest.be/over-lezen/de-praktijk/elke-dag-leesplezier-de-klas

donderdag 19 december 2019

WAAROM LEZEN GOED IS VOOR MIJ... EN OOK VOOR JOU!

Lees je enkele boeken per jaar? Kreeg je een boek van de Sint? Leg je er eentje onder de kerstboom? Geef je af en toe een boek als verjaardagscadeau? Liggen er overal boeken in huis? Is je antwoord 5 x ja? Bravo. Dan weet jij, net als ik, heel goed wat een boek met je doet! 

Boeken lezen. Ik word er socialer én slimmer van. Jawel. Dat zeg ik niet, dat zeggen specialisten. Maar ik vind het ook gewoon leuk, nuttig, leerrijk, ontspannend en veel meer.


Weet jij wat de gevolgen zijn van lezen, en zelfs van voorlezen?

- Een grotere woordenschat: je leert meer en andere woorden kennen en gebruiken.
- Een verhoogde concentratie, een actiever brein en minder dementie.
- Altijd interessante gespreksstof in familie- en vriendenkring.
- Meer verbeelding door het ontdekken van mensen, landen en landschappen.
- Meer inspiratie om dingen te ondernemen: te doen, te reizen, te knutselen, enz.
- Meer emoties ervaren en leren begrijpen: je kunt naar hartenlust en onbegrensd treuren, lachen en beven met de personages en situaties!
- Meer kennis over mensen, wereld, natuur en 1001 andere zaken.
- Meer avonturen, zonder ze zelf te beleven…
- Minder saaie of vliegende wachttijden op bus of trein, in wachtzaal of ziekenhuis.

De effecten op je gezond zijn ook niet te onderschatten...

- Minder stress, want 6 minuten lezen per dag vermindert stress met 68 procent;
- Meer ontspanning, want je vergeet even alles rondom je.
- Minder slapeloze nachten, want als je leest in bed vallen je ogen toe en stopt het piekeren over zaken die je ’s nachts niet kunt oplossen;
- Meer empathie: door je meer in te leven in gedachten, gevoelens en daden van alle mogelijke en onmogelijke personages;




Naar het schijnt…

- is wie leest ook minder eenzaam en meer minzaam.
- is Iemand die leest spreekt anderen gemakkelijker aan
- is een leer/es meer betrokken bij eigen vrienden en gemeenschap
- en doet wie leest meer vrijwilligerswerk.

En voor wie kinderen of kleinkinderen heeft…

Kinderen die opgroeien in een huis met meer dan 500 boeken volgen gemiddeld drie jaar langer onderwijs en werken vaker een universitaire opleiding af dan zij die opgroeien in een boekarme omgeving.

Overtuigd of (nog) niet? 

Geeft niet. Ik wel, al mijn hele leven. Voor mij is lezen echt een hobby, tijdverdrijf, slaapmiddel, bindmiddel, passie, troost, ontspanning, gezelschap, ontsnapping, therapie, antistressmiddel… en ook gewoon prettig en gezellig.
Goedkoop is het eigenlijk ook. Uren leespret voor ongeveer 20 euro. Een cadeau als je weet dat een auteur soms maanden soms jaren heeft op gezwoegd. Lees je niet graag? Laat je voorlezen of inspireren door iemand die graag leest of door iemand die in een boekhandel of in een bibliotheek werkt. Die weet heel goed wat een boek met je doet!

Bronnen: IEDEREEN LEEST
                GEEF MEER MET EEN BOEK
             


Meer weten over mijn boeken?

woensdag 4 december 2019

HET IS OM TE HUILEN...


Het is om te huilen, vind ik, dat de leesvaardigheid van onze Vlaamse vijftienjarigen heel fel achteruit is gegaan en dat - nog erger - jongeren niet graag lezen! Onvoorstelbaar, vanuit mijn oogpunt: ik ben - bij wijze van spreken - met een boek geboren en zal met een boek sterven. 

Mijn ouders schreven en lazen allebei graag. Lezen, eerst, en daarna schrijven heb ik met de fles/paplepel/soeplepel meegekregen. Geen thema kwam meer ter sprake dan lezen. Misschien ook met de onderliggende gedachte om ons - bende van 8 - beheersbaar, rustig en stil te houden?
Maar toch. Een leven zonder boeken zou ik me echt niet kunnen voorstellen, al ben ik een lezer met vlagen. Een schermlezer, een krantenlezer, een boekenlezer. Nu eens meer van het ene, dan eens meer van het andere. Ik zal ook, waar ik ben, alles wat op mijn weg komt, doorbladeren: de Metro in de trein is, een Libelle bij de kapper, een Trends in de wachtzaal van de tandarts. Dat is wellicht een erfenis uit mijn journalistiek verleden: ik wil weten, bijblijven. 
Dat soort lezen is aangenaam, soms leerrijk; toch gaat niets boven het lezen van een boek. Een boek kan ontroeren, doen lachen of huilen, boos maken, opwinden, doen verlangen, angstig maken en zoveel meer. 
Maar ik dwaal af. Het zijn de spijtige vaststellingen die me zorgen baren. 

LEESVAARDIGHEID

Nu eerst: de leesvaardigheid. Wat is dat? ‘Het begrijpen, gebruiken en evalueren van teksten, het reflecteren over teksten en het zich ermee inlaten om een doel te bereiken, om kennis en mogelijkheden te ontwikkelen en om deel te nemen aan de maatschappij’, staat in het PISA-rapport over de leesvaardigheid van 600.000 jongeren in 79 landen.

Wat zeggen de onderzoekers over de leesvaardigheid van onze Vlaamse jongeren?

- 1 op 5 van de Vlaamse vijftienjarigen haalt het referentieniveau voor leesvaardigheid niet. De trend van dalende leesprestaties valt in alle Vlaamse onderwijsvormen – ASO, BSO en TSO – waar te nemen.

- De gemiddelde leesprestatie in Vlaanderen ligt echter wel nog hoger dan het OESO-gemiddelde. De Frans- en Duitstalige Gemeenschap en buurlanden Nederland, Frankrijk en Luxemburg noteren een (nog) slechter resultaat. Estland, Finland, Ierland en Polen doen het beter; Zweden, het Verenigd Koninkrijk, Denemarken, Duitsland en Slovenië zitten op ons niveau.

-  De helft van die jongeren ziet lezen als een tijdverlies, slechts 17 procent beschouwt lezen als een van hun favoriete hobby’s. Die negatieve houding tegenover lezen is in alle deelnemende landen het hoogst in Vlaanderen. Zowel in Vlaanderen als internationaal staan jongens negatiever tegenover lezen dan meisjes.

- Vlaamse scores dalen in alle domeinen. Hoewel Vlaamse leerlingen internationaal en Europees nog altijd goede resultaten halen voor lezen, wiskunde en wetenschappen, is er een duidelijke dalende trend in de gemiddelde score.

- Steeds meer leerlingen halen het basisniveau niet. Het aandeel leerlingen dat voor lezen, wetenschappen en/of wiskunde het basisniveau niet haalt, stijgt.

Dat is toch om te huilen...

Lees ook mijn twee volgende bijdragen: 'Waarom lezen goed is' en 'Tips om oud en jong aan het lezen te krijgen'.



donderdag 7 november 2019

Ik sta PERPLEX


Ja, ik sta perplex... door PERPLEX. Dat klein, fijn, jong Antwerps amateurtheatergezelschap zal 'Gevangen geboren' vanaf 15 november in het Antwerps Fakkeltheater brengen. Renée en ik zijn daar, als auteurs, superblij mee. Want dat is dapper, dat is moeilijk, dat is gewaagd. Maar de kaarten vliegen de deur uit...

WAT WIL PERPLEX?
Theater Perplex wil producties brengen waar andere gezelschappen zich niet aan wagen. Producties die maatschappelijke problemen aansnijden die niet gemakkelijk op de scène te brengen zijn. De thema's in ons boek - mishandelingen, psychische problemen, agressief gedrag, ontoerekeningsvatbaarheid, internering en gevangenis - zijn echt niet van de 'leukste' of 'aangenaamste' of 'gemakkelijke' onderwerpen. Maar Perplex wil producties brengen die de toeschouwers aangrijpen, die dingen durven tonen, die geen gène hebben. Het hele team hoopt hopen dat  door deze voorstelling geïnterneerden en andere psychiatrische patiënten en gedetineerden, meer aandacht krijgen in deze toch wel verhardende samenleving.

HOE?
Hoe Perplex die bespeelbaar zal maken in zijn toneelversie? Daar ben ik heel benieuwd naar. Maar ik heb het volste vertrouwen in de kwaliteiten en keuzes van regisseur Marc van hoof en actrice Lynn Suy. Ze hebben hun sporen allebei al verdiend door ettelijke toneelstukken te schrijven, te regisseren en te spelen. 
De voorbereidingen liepen gesmeerd ondanks hun persoonlijke tegenslagen. We hadden aangename gesprekken, we wisselden veel informatie uit, we overlegden regelmatig, maar Renée en ik gaven Marc en Lynn totale vrijheid om 'Gevangen geboren.Het waargebeurde verhaal van een geïnterneerde' op de planken te brengen 
De band met ons boek blijft, maar om theatertechnische redenen, maken zij keuzes. 'Ons' boek zal na de voorstelling ook te koop zijn voor wie het hele levensverhaal van Renée wil kennen.

BEN JE BENIEUWD? IK OOK!

Bedankt regisseur Marc van Hoof, actrice Lynn Suy (Renée) en de hele cast, o.m. Denise Hoogstoel, Bart Patoor, Luc Siereveld, Alexandra Banica, Tom Haezendonck, Ingrid Baute, Frieda Sijsmans, Mai Valenberghs, Alexandra Banica,  Tom De Nys, Youry De Bruyn, Nikki Vermandel, Milou Verstappen, Laura Pilawa, Eddy Cools, Joëlle Braet, Ingrid De Batist, Walter Yperman, Xavier Mortiers, Zoey Bogemans e.a. vrijwilligers.

WAAR EN WANNEER?
Op 15, 16 en 17 november en op 7, 8, 13, 14 en 15 december. 

Kaarten bestellen? Klik op FAKKELTHEATER

Waarover gaat het boek en de voorstelling? Klik op GEVANGEN GEBOREN
De promofilm voor het toneelstuk? Klik op 'GEVANGEN GEBOREN'

Opgelet: Geschikt vanaf 16 jaar.
Het is een hard, realistisch stuk, waarin geweld, seks, grof taalgebruik, alcohol- en druggebruik worden getoond of gesuggereerd. 

maandag 2 september 2019

GEEN INTERNAAT EN GEEN PESTKOPPEN

Ouders: stop kinderen niet in een internaat, tenzij zij en jullie daar gelukkig mee zijn. Leerkrachten: ‘plaag’ of pest je leerlingen niet. Ze zullen het nooit vergeten, soms niet vergeven. 
Kinderen-jongeren: ben je ongelukkig op je school, stap het af, vertrek, loop weg, vlucht! Dat heb ik jammer genoeg niet gedaan, niet gekund of niet gedurfd…

Chambrettes, in de oude ziekenzaal van het nochtans interessante Musée de l' Hotel Dieu van het gezellige Franse Beaune, triggerden me en slingerden me naar een ver onaangenaam verleden. Daar kreeg ik het benauwd, werd boos, bedroefd en opstandig. Te veel slechte herinneringen aan mijn internaat en school in Herk-de-Stad, tussen 12 en 18 jaar. Op de top drie van het lijstje ‘ongelukkigste jaren van mijn leven’, en niet alleen door chambrettes. Ik spreek dus nooit over 'mijn mooie jeugd'.

INTERNAAT
Internaat, pensionaat, kostschool. Het klonk zo deftig, maar het was een ramp. Ik had er niet om gevraagd, maar het moest. Acht kinderen in huis, geen plaats om te studeren, vier meisjes moesten, vier jongens niet. Discriminatie met ernstige gevolgen. Wat een ellende was dat, voor een puber met een storend gebrek aan zelfvertrouwen als ik, die zich eenzaam, onzelfzeker, niet geliefd en lelijk vond en van alles en nog wat miste.
Binnen. Eerst van zondagavond tot zaterdagmiddag, ja zo lang, op het einde van maandagmorgen tot vrijdag vier uur, nog te lang…



CHAMBRETTES
Aanvankelijk sliepen wij, mijn zus en ik, elk in een chambrette. Voor wie het niet kent: een chambrette komt van het Franse woord chambre, kamer: een slaapkamertje of slaaphok – zonder plafond - van andere hokken afgescheiden door 3 manshoge (houten) wanden en een gordijn. Een bed (met witte sprei van thuis), een tweedeurskleerkast, een tafel met kom en kan en een stoel was mijn koninkrijk, in dit geval hel. Dikwijls met honger gaan slapen en stiekem sinaasappels met schil of appels met pit opgepeuzeld onder de lakens.

BLOED
En dat die beschamende avondrituelen. Op een rij met je kom vol vuil water naar de wc’s. ‘Niet te veel papier gebruiken’ zei mère Patracia net voor onze laatste plas. Vreselijk als je je regels had: iedereen zag de kleur van het water in je kom. Papieren maandverbanden had ik (nog) niet. Wel van die dikke, stoffen lappen om in een plastic broekje vast te maken. De gebruikte exemplaren moest ik ‘bewaren’ tot zaterdag of vrijdag: dat gaf een reukje. Maandelijkse bloedingen: ik moest die verbergen, er me ervoor schamen. Dat signaal gaf ‘de wereld rondom’ mij, vooral de vrouwen. Hetzelfde gold voor borsten krijgen. Ook dat leek niet aantrekkelijk en aanlokkelijk. Ik voelde me ellendig toen ik die, voor het eerst verstopt in een pashokje, in een bh moest murwen. Ik schaamde me, opnieuw. Ons schamen: hoe dikwijls deden wij, meisjes van 13 en ouder, dat niet? Voor bloed, voor borsten, voor bloot, voor oksel- of schaamhaar? Van voorlichting was nauwelijks sprake, al deed de lieve kinderloze wiskunde-juf Geurden haar best. Op mijn twaalfde stopte mijn moeder me een boekje toen, in blauw kaftpapier gehuld, tegen nieuwsgierige broers. Ik verstond het niet.

THE GOOD
Mijn ‘vaste’ gesprekspartner - troost op verdrietige dagen - was studiejuf Gilbert: mager, op veel te hoge hakken, donkerbruin kontlang haar. Ze was lief en luisterde, niemand moest ze, behalve ik. Ik ben haar nog altijd dankbaar. Ook de juf die Frans gaf en altijd sprak, ons een beetje van de beau monde leerde kennen, en meneer Slaets een crème van een leraar Nederlands. Ook godsdienstlerares Gemis deed haar best. Maar haar collega-priester C., lang, o zo flauw-flemerig en stinkend naar sigaretten, te mijden. Elke dag naar zijn mis: daar heb ik het afgeleerd.

THE BAD AND THE UGLY
Ja, ik heb er niet zoveel geleerd, buiten een afkeer voor Latijn, Grieks, wiskunde, turnen en geschiedenis. De leraars Latijn en Grieks droegen een naam met een M. De ene was vuil en ongevoelig, de andere hautain en ongevoelig. Vooral die van Latijn: greep een meetlat van een tafel om aan zijn edele delen of rug te krabben. Bah. En een jaar lang heb ik elke maandag traantjes gelaten. Hij vond het geweldig om het mes in de wonde te draaien. En dan die turnleraar B. Zijn inspiratie en omgangsvormen waren beperkt: rondjes rennen in de sportzaal, balsporten, handenstand en over een bok springen: stuk voor stuk niet aan mij besteed. Geen dansje, geen spelletje of zo. En S. bezorgde me en afkeer voor hem en voor geschiedenis. Ik herinner me trouwens geen enkel positieve aanmoediging of commentaar van de hogervermelde heren. Is dat niet droef? 
Klaagt men dat er nu te veel vrouwen in het onderwijs staan? Toen waren er te veel mannen. Die hadden beter een ander beroep of een andere school gekozen.

NONNEN
En dan de nonnen. Frans was de ‘voertaal’ in de gangen, enkel en alleen Frans met mère Joseph, mère Patricia, mère Alberta, mère Immaculata, mère Anselma, e.a. Neen, prachtexemplaren waren het niet (al ken ik er nu wel). Er waren corpulente, schijnheilige schepsels die opkikkerden als er een man in de buurt opdook, of dat nu een vader, een leraar, een priester was.
Het belang van discipline, orde en regelmaat is niet te schatten, maar als daar geen respect en warmte bij zit, is dat voor een puber verwenselijk, verfoeibaar en schadelijk. 
Het enige voordeel van dit ongewenste leven, naast tientallen nadelen: ik zat altijd ergens in een boekje met een boekje. Soms las ik er vijf per week om tijd, heimwee en eenzaamheid te doden.
Nog een wonder dat ik geen blauw haat. Een blauwe plooitjesrok, een lichtblauwe bloes, blauwe kousen of sokken en blauwe trui, was het verplichte tenue. Ook een lichtblauwe acryl-onaangename zakkige schort die alle vormen goed verborg.

REDDING
Maar, maar, maar… ik wil eindigen met een vrolijke noot. Ik werd gered door een gezin dat me nu nog altijd nauw aan het hart ligt: Leentje en Michel en hun kinderen. Leentje was de rechterhand van mijn vader-architect. Hoe ze werk en vier kinderen combineerde, is me nog altijd een raadsel. Sommige vrouwen blijven ondanks alles lief en kunnen toveren. De woensdagnamiddagen waren voor haar - net als nu voor vele moeders - een hel: dus ik mocht babysitten! Pa kwam me om 12u30 halen en pa Michel bracht me netjes om 20u30 en geen moment te vroeg, gelukkig. Onvergetelijk. Leentje is niet meer - haar dood deed echt pijn - en Michel is op de sukkel. Nooit of nooit zal ik hen vergeten. We zijn al meer dan 50 jaar verbonden.


ps. Nooit naar één reunie geweest! Ik zou nog meer gal kunnen spuwen, maar dat is eieren na Pasen. Misschien volgt ooit deel 2 van mijn internaatleven…